Laat mij niet in de steek, nu ik oud ben (Ps 71,9)
Eerder dit jaar, namelijk op zondag 28 juli, vierden we, reeds voor de vierde keer, de ‘Werelddag voor Grootouders en Ouderen’, in het leven geroepen door paus Franciscus. Met de psalmtekst “Wijs mij niet af op mijn oude dag”, een regel uit psalm 71, vormde eenzaamheid het centrale thema. De paus schreef hierbij een treffende boodschap: “God laat zijn kinderen nooit in de steek. Zelfs niet wanneer we ouder worden, onze krachten verminderen, ons haar grijs wordt, onze rol in de samenleving verkleint, ons leven minder productief wordt en nutteloos dreigt te worden. We mogen erop vertrouwen dat Hij ons ook in onze ouderdom nabij zal zijn, temeer omdat ouder worden in de Bijbel wordt beschouwd als een teken van zegen.”
Is oud ook out?
Niettemin worden ouderen vandaag, net zoals ook veel jongeren, geconfronteerd met eenzaamheid. Eenzaamheid en isolement zijn vandaag steeds meer een vast onderdeel van onze maatschappij, waar individualiteit en prestatiedruk steeds belangrijker worden, en waar sociale media het fysiek menselijk contact vaak vervangen. Je eens eenzaam voelen hoort bij het leven, maar als je bij niemand terecht kan raak je vaak geïsoleerd. Gaat het dan om een doelbewuste uitsluiting of is het een persoonlijke keuze?
Ik verlaat je niet
![](https://www.pe-mariakerke.be/wp-content/uploads/2024/12/Knipsel-1024x578.png)
Paus Franciscus verwees hierbij ook naar het boek Ruth. In de houding van veel ouderen herkennen we de situatie die het boek Ruth beschrijft, aldus de paus. Het vertelt het verhaal van Naomi die, na de dood van haar echtgenoot en kinderen, haar schoondochters aanmoedigt om naar hun thuisland terug te gaan. Zij beschouwt zichzelf als een last voor deze twee jonge vrouwen. De bijbelse vertelling geeft twee reacties op haar voorstel. De ene schoondochter, Oprah, kust Naomi en besluit te vertrekken. De andere, Ruth, verlaat Naomi niet. Zij voelt dat de oudere vrouw haar nodig heeft. Deze houding leidt tot een nieuwe reis voor beiden. Tegen ons die denken dat eenzaamheid een onvermijdbaar noodlot is, leert Ruth dat het antwoord op de vraag “Verlaat mij niet” luidt: “Ik verlaat je niet”. De paus nodigt ons uit om in het voetspoor van Ruth te gaan staan. Door dicht bij de ouderen te blijven en hun unieke rol in familie, maatschappij en Kerk te erkennen, zullen we veel gaven en zegeningen ontvangen, zo benadrukt hij.
Vraag
We gooiden volgende vraag in de groep senioren van onze pastorale eenheid en kregen ook nu weer een aantal reacties. ‘Voelt u zich voldoende ondersteund door anderen (familie of kennissen) of hebt u het gevoel dat u geïsoleerd raakt in de samenleving? Wat zou er volgens u aan die eenzaamheid gedaan kunnen worden?’
“Eenzaamheid hangt niet af van omringd zijn door veel mensen, maar het gevoel hebben dat men erbij hoort, al zit er maar één persoon in de nabijheid. Vooral de mentale nabijheid van personen die men graag ziet – al zijn ze niet fysiek aanwezig – maakt een mens gelukkig. Vroeger werd dit fysisch tekort gecompenseerd door briefwisseling, later door telefoon en tegenwoordig door computer, smartphone… Maar ook die technische hulpmiddelen kunnen niet zomaar de dichte, warme, aanwezigheid van geliefden volledig vervangen. Het bezoek aan alleenstaanden, mensen in ziekenhuizen, gevangenissen, woonzorgcentra,… is daarom onvervangbaar. Het is een feit dat de sociale contacten de laatste jaren volledig wegsmelten en iedereen zich in zijn eigen huisje, kamertje,… opsluit en dan continu contacten opzoekt met de bestaande ‘sociale media’ hulpmiddelen, die toch dikwijls een surrogaat zijn voor een ‘persoonlijk’ contact.” (Paul)
“Echt eenzaam voel ik me niet, alhoewel het moeilijk is – nu Mia me niet meer nabij is – om steeds alleen thuis te komen en geen onmiddellijke gesprekspartner meer te hebben om van gedachten te wisselen over wat er zich in de naaste omgeving en wereld afspeelt. Ook de boodschappen en de bijna dagelijkse wandelingen samen, moet ik nu alleen doen. Ik was me er niet van bewust dat er zoveel tijd kruipt in het beredderen van een huishouden! Natuurlijk heb ik het geluk van attente kinderen en kleinkinderen te hebben, die regelmatig eens bellen en op bezoek komen. Soms kan ik met hen een uitstapje of zelfs een reisje maken, wat wel deugd doet. Zo behoor ik wel – denk ik – tot de bevoorrechte ouderen. Maar dat kan de afwezigheid van een partner natuurlijk niet volledig opvangen. Ook stel ik vast dat er bijna geen vroegere vrienden meer overblijven – de meesten zijn overleden, ziek of te oud – om eens samen te komen, wat te praten of een wandeling te maken. Daarom probeer ik deel te nemen aan het maatschappelijk leven, door zo veel mogelijk naar activiteiten van bv. het Davidsfonds en Neos te gaan. Zo kom ik toch nog in contact met nieuwe kennissen en andere ideeën, wat me wel deugd doet. Ook regelmatige fietstochtjes komen aan de beurt. Zo voel ik me absoluut niet geïsoleerd in de samenleving en voel ik mij nog altijd aanvaard door de maatschappij, in tegenstelling tot wat blijkbaar algemeen gangbaar is. Gelukkig voel ik mij nog fysiek goed en kan ik nog redelijk veel aan. Maar dat kan vlug veranderen….” (Andre)
![](https://www.pe-mariakerke.be/wp-content/uploads/2024/12/pensive-man-1024x683.jpg)
“Ook al speelt mijn leven als Claris zich af in een soort beslotenheid, toch voel ik me niet eenzaam of geïsoleerd, maar ik ben me wel bewust dat senioren, jongeren en ook volwassenen geconfronteerd kunnen worden met een gevoel van eenzaamheid. Mensen die bij ons aanbellen of via telefoon, mail of brief deze nood aan ons kenbaar maken, verwachten van ons aandacht, een luisterend oor, een meelevend hart en ook dat wij aan hen denken in ons gebed. Wat mezelf betreft, omdat ik in een gemeenschap leef met medezusters, waar we proberen zorg voor elkaar te dragen en ik zelf een goede band heb met mijn familie en vrienden, voel ik me voldoende ondersteund. Wat opvalt in onze gemeenschap is dat medezusters die reeds hoog bejaard zijn nog vrij goed kunnen functioneren en zowel fysiek als mentaal langer gezond blijven. Onze levenswijze, die je kort kan samenvatten met bidden, werken en zusterlijk samenleven, kan je behoeden voor een gevoel van eenzaamheid.” (Zr Caroline)
“Ja, net als zoveel jongeren worden senioren geconfronteerd met eenzaamheid, hier aan de kust – nog meer dan in het binnenland – waar ze zich na hun pensioen vestigen, met de droom hier voor eeuwig in verlof te zijn. Maar de realiteit is anders. Vooral na het overlijden van de partner ervaren ze een grote eenzaamheid. Vrijwilligersverenigingen zoals bv. OKRA kunnen hier belangrijke een rol spelen, door contacten, bijeenkomsten, mensen afhalen indien ze niet meer op eigen krachten kunnen deelnemen aan een activiteit. Eenmaal ze ontdekt hebben hoeveel deugd ze ervaren om er eens uit te zijn, worden ze trouwe deelnemers aan de vele activiteiten. Maandelijks gaat een grote groep vrijwilligers eens bij hen op bezoek en vangen zo heel wat vragen op. Bij ziekte of een operatie wordt er met een bloemetje een kort bezoekje gebracht om hen een hart onder de riem te steken. Zelf ervaar ik mij voldoende ondersteund door mijn kinderen, kleinkinderen, achterkleinkinderen , familie en kennissenkring, maar vooral ook door het vrijwilligerswerk dat ik op verschillende gebieden doe. Ondanks mijn 82 jaren hoop ik om dit nog met veel enthousiasme verder te doen. Door je nuttig te voelen krijgt het gevoel van eenzaamheid geen vat op je leven. Tijd maken voor jezelf krijgt ook zijn plaats. Een jaarlijks reisje, een museumbezoek, de natuur intrekken ,een weekendje met kinderen en kleinkinderen, allemaal zinvolle ervaringen.” (Madeleine)
“Ja, sommige dagen kunnen ‘eenzaamheid’ zwaar wegen, vooral bij oudere mensen. Maar ik mag getuige zijn van de hartelijke omgang in de zorg – de bezorgdheid van het personeel in het woonzorgcentrum en de vele ontspanningsmogelijkheden waarbij ik een grote aandacht en veel liefde voor de bewoners mag ervaren. En toch hoor ik ook af en toe een bewoner van hoge leeftijd die me toevertrouwt ‘Ik wil dat God me komt halen!’” (Jacqueline)
“Eenzaamheid is een feit. In de jaren ‘90 aanvaardde ik een baan als godsdienstlerares op een school voor jonge meisjes zich voorbereidden om in de onderwijs te staan. Aangezien het een tijdelijk contract was van slechts drie maand, vond ik het passend om hen schriftelijk te vragen over welk onderwerp zij graag zouden praten. Toen ik de antwoorden las, moest ik even gaan zitten en verder om uitleg vragen. Ik verwachtte van alles: gezin, opleiding, werk, school, het geloof, opvoeding… en de antwoorden waren unaniem: ‘Mevrouw, vertel ons over eenzaamheid!’ Ik had dit antwoord niet verwacht en vroeg dan ook om uitleg. Ze zeiden: Mevrouw, u spreekt over uw kinderen, uw echtgenoot, maar wanneer wij thuis komen, is er niemand, en als er al iemand is, dan krijgen we te horen: ‘Zwijg, of ga naar jou kamer, ga studeren.’ Een korte tijd later – in een televisieprogramma waarin kardinaal Danneels te gast was – stelde een journalist hem de vraag: ‘Wat baart je zorgen?’ Waarop de kardinaal antwoordde: ‘Er is natuurlijk aids… maar eenzaamheid, dit is veel erger.’
Nu woon ik alleen – mijn man is al 14 jaar overleden – ik heb drie kinderen en 7 kleinkinderen. Ik begin mijn dag met een gezond ontbijt en daarna mijn gebed. Ik neem de tijd om aanwezig te zijn in mijn lichaam en in mijn hoofd. Hierbij richt ik mijn aandacht naar mijn ademhaling. Mijn dagen vul ik in met huishouden, boodschappen doen, alleenstaande mensen te bezoeken, lezen, als vrijwilliger in een WZC, en op het einde van de dag ben ik blij thuis te zijn. In de coronatijd heb ik online twee cursussen gevolgd en ik haalde twee diploma’s. Ik eindig mijn dag terug met een tijd van gebed. ‘Het is goed in ’t eigen hart te kijken nog even voor het slapengaan’. Verder haal ik mijn vitamientjes bij mijn familie, kinderen en kleinkinderen. Eén van mijn dochters vroeg onlangs: ‘Mama, is het niet te deprimerend om zoveel mensen te zien sterven in het WZC?’ Als vrijwilliger heb je een inderdaad een emotionele band met de bewoners, maar de knuffels die ik krijg van mijn kinderen en kleinkinderen bezorgen mij telkens de nodige energie om aan een nieuwe dag te beginnen.” (Lucia)
“Wij zijn wat verbaasd over deze vraag: wordt vereenzaming momenteel niet wat teveel benadrukt – terecht? onterecht? Versterkt dit niet het gevoel van eenzaamheid, zoals bv. bij het gevoel van onveiligheid. Wij weten ons gezegend en omringd door onze kinderen en kleinkinderen, ook al wonen die niet vlakbij, en ook door vrienden en buren. Wij hebben energie gestoken in de relatie met wie rond ons leeft. Wij zien wel dat sommige mensen zich geïsoleerd weten. Aandacht voor buurschap en nabijheid kan hier mogelijk aan verhelpen. Oog hebben voor mensen in de omgeving kan hier kansen bieden om contact te hebben.” (Leen & Fernand)
Stop eenzaamheid
Ook De Warmste Week, de jaarlijkse actie van de VRT, focust dit jaar op eenzaamheid.
![](https://www.pe-mariakerke.be/wp-content/uploads/2024/12/social-2024-1024x576.jpg)
1 op 2 Vlamingen voelt zich soms eenzaam. Door een gebrek aan een sociaal vangnet, problemen op school, werk of vrije tijd, mentale kwetsbaarheid, een beperking of ziekte, je afkomst, je gender,… Door de krachten te bundelen kunnen we er samen iets aan doen. Je kan en mag je natuurlijk vragen stellen bij een dergelijk opgezet mediacircus, feit is dat hierdoor een stukje taboe doorbroken wordt en dat met de opbrengst heel wat projecten gesteund worden, die mensen, jong en oud, terug in hun kracht zetten, zodat ze zich begrepen, aanvaard, maar vooral verbonden voelen in onze samenleving.
(Johan Vervaeke)
Bron: Thomas-website, vrt.be